‘Van één ding ben ik zeker: dat deze koloniale regering, en meer nog de koloniserende Nederlanders er eens spijt van zullen hebben dat ze nooit en nooit zelfs maar één moment aan bewuste, culturele politiek voor de bevolking van Indonesia hebben gedacht! Ik voor mij ben er van overtuigd, dat deze kortzichtigheid, deze befaamde Hollandse ‘degelijkheid’ en het gemis aan verbeelding en durf zich vanaf nu af aan zullen wreken.’
‘Wat treffend’, denk ik als ik het lees. De zinnen zijn van Soetan Sjahrir, een jonge Indonesische intellectueel. Hij schrijft ze op 21 februari 1936, in een brief verstuurd vanaf Banda Neira, een klein eiland in een grote zee, een verbanningsoord. Sjahrir is er enkele weken eerder aangekomen, na een verblijf van een jaar in een veel beruchter kamp, te weten Boven Digoel. Dat ligt in de binnenlanden van Nieuw-Guinea. Een verblijf daar staat garant voor het oplopen van malaria.
Sjahrir belandt in Boven Digoel na een veroordeling wegens onder meer ‘haatzaaien’, samen met studiegenoot Mohammed Hatta. Zij hebben een nieuwe politieke partij voor Indonesiërs opgericht en dat is in het uiterst conservatieve Nederlands-Indië van de jaren dertig voldoende voor een arrestatie. Formeel niet natuurlijk, de kolonie is een rechtsstaat. Maar, zo schrijft Sjahrir niet zonder sarcasme: ‘Als ‘inlander’ heb je rechtens niet veel te beweren; er blijft je in zulke gevallen als moreel verdedigingsmiddel slechts de beroemde trilogie: ‘oosterse bescheidenheid’, ‘oosterse gelatenheid’ en ‘oosters geduld’ over.’
De brieven die Sjahrir tussen 1934 en 1938 schrijft vanuit Boven Digoel en Banda Neira zijn gericht aan zijn vrouw in Nederland, Maria Duchâteau. Zij laat in november 1945 een selectie uitgeven, onder het pseudoniem Sjahrazad en met als titel Indonesische overpeinzingen. Hier te lezen. Ze voorspellen soms griezelig goed de toekomst van de kolonie. Sjahrir blijft in de jaren van zijn ballingschap kranten en tijdschriften van over de hele wereld ontvangen en is goed op de hoogte.
Hij schrijft over de populariteit van Hitler (‘de vrouw van onze nieuwe dokter op Banda groet haar kennissen met ‘Heil Hitler’, zij vindt dat heel modern en leuk’); over de Spaanse Burgeroorlog (‘verreweg de belangrijkste gebeurtenis in Europa’); over het gevaar van Japan voor Nederlands-Indië. Hij ziet het aanzien van Japan bij Indonesiërs groeien (‘er gaan verhaaltjes rond over Japanse durf en Hollandse belachelijkheid’), maar is zelf op zijn hoede voor het ‘gele imperialisme’.
Bij alle rake observaties is er nog iets dat zich aan mij opdringt bij het lezen: Sajhrir is wel erg zelfvoldaan. Geen aardige man, iemand die behoorlijk neerbuigend schrijft over anderen, over de kleinburgerlijke hebbelijkheden van zijn mede-eilandbewoners bijvoorbeeld. Over de ‘calvinistische geest’ van de historicus Johan Huizinga. Of de ‘echt Hollandse bekrompenheid’ van sociaal-democraat Jacques de Kadt.
Mijn ergernis over de betweterige kant van Sjahrir wordt telkens verzacht door de twijfels die hij ook uit. Het hardop denken in zijn brieven spreekt me aan, het filosoferen over West en Oost, over moderniteit en traditie. Over zijn verhouding met de Indonesische bevolking waar hij zich voor wil inzetten: ‘Wij hebben elkaar zo vaak niet begrepen, dat volk en ik. Ik was voor mijn volk vaak te abstract, te ‘westers’, buiten zijn bevattingsvermogen, en zij waren voor mij vaak te traag, maakten mij wanhopig door hun onwil en wanbegrip, kwaad en ongeduldig door hun kleine gebreken. Zij vervulden mij soms zelfs met bitterheid, maar hun lot en mijn levensdoel zijn één.’ Dat wordt bewaarheid. In november 1945 is Sjahrir de eerste premier van het onafhankelijke Indonesië.
Sjahrir stond bekend als gematigd en zijn inzicht en vooral uitzicht zijn treffend raak beschreven.
Echter door de toenmalige regeringen monddood gemaakt en gevangen gezet .Indien in de jaren 30 het woord poldermodel had bestaan dan zou er wellicht een vreedzame oplossing gekomen zijn dan in de jaren 50 toen ten koste van meer dan 2600 strijdmakkers uiteindelijk toch de verzelfstandiging van Indonesie zich heeft voltrokken
:Tip: intervieuw in Trouw dd 5 juni met Upik dochter van Sjahrir
jaapbragt (veteraan 2-5-6- R.I.
Een link naar een blog valt te maken door het webadres te kopiëren en dat in het Facebookbericht te plakken. In dit geval:
https://project2021.ntr.nl/indonesische-overpeinzingen/
Voor het blog in z'n geheel is het dan:
https://project2021.ntr.nl/
Gerda Jansen Hendriks
Ik zou graag op facebook een link naar jullie blogs willen. Hoe regel ik dat?
Hier wordt een brug geslagen naar de relatie Tweede WEreldoorlog in Nederland. Mooi. Dan kan er ook een discussie worden voortgezet over de kennis van/over de kolonie Nederlands Indië.