Op de redactie ligt een klein, versleten koffertje. Kapotte slotjes. Gebracht door de zoon van Bas van Veen, veteraan van de 7 December Divisie. Zijn vader hoorde bij de eerste lichting dienstplichtigen die naar de kolonie vertrok en daarom zouden wij hem interviewen. Helaas overleed hij onverwacht. Zijn zoon vertelt dat zijn vader al een koffertje voor ons klaar had staan. Willen wij dat nog hebben? Natuurlijk, zegt researcher Mirjam Gulmans, die eerder telefonisch contact had met Bas van Veen. Toch altijd een spannend moment als we het koffertje openmaken.
Bovenin het koffertje de klassieke zwart-wit fotootjes die bijna iedere militair uit Indië meenam. Eentje in kleur, een portretje gemaakt door Java Studio in Semarang, aldus het stempel achterop. Dat moet Bas van Veen zijn. Zo jong nog! Dat vergeet ik vaak als ik praat met veteranen. Het zijn mannen op hoge leeftijd. Maar ze waren 18, 19 jaar toen ze vertrokken naar de Oost. Vrolijk, onbezonnen, nog een heel leven voor zich. Al was dat leven tamelijk ongewis gezien de oorlog waar ze naar toe gingen. Maar daar hoorden ze weinig over. Zij gingen op pad met de boodschap dat ze de Indonesische bevolking gingen helpen.
Er is een lange lijst met een kleine 600 namen en adressen uit 1994, voor een reünie met militairen van 3-7 RI, het bataljon waar Bas van Veen bij diende. De meeste mannen zijn geboren in 1925, veel zullen er nu niet meer leven. Het bataljon was belast met de bewaking van de stad Semarang, hoofdkwartier van de Tijgerbrigade waar kolonel Van Langen, de grootvader van Hans, het bevel over voerde. Toen Bas van Veen aankwam, was het redelijk rustig in de stad. Hij genoot, van het land, van de mensen. ‘Geweldig!’ zei hij tegen Mirjam in het telefoongesprek. ‘Maar ja, bij het patrouilleren langs de demarcatielijn viel ook wel eens een dode, dat hoorde erbij’. In het koffertje ook een paar boeken. Zoals Soldaat Overzee, de derde druk uit februari 1948. Het boek is uitdrukkelijk geschreven als lofzang op ‘doodgewone jongens, op en top Nederlandse knullen’. Er zijn ook een aantal filmreportages gemaakt over die Soldaat Overzee. Op You Tube zijn afleveringen te bekijken over het patrouille lopen en de hospik. Destijds werden ze in de bioscoop vertoond .
Als we het koffertje openmaken op de redactie, kom ik net terug van een andere veteraan, verbonden aan 5-5 RI. Dat bataljon dienstplichtigen arriveert begin 1948 in Semarang. Hun lotgevallen komen straks in de serie aan de orde. Jan Jansen Venneboer is lang secretaris van hun reünie-vereniging geweest. Hij heeft wat spullen liggen. Zijn die nog bruikbaar? Natuurlijk, zeg ik net als Mirjam. En zo zijn we nu in het bezit van originele situatietekeningen van de omgeving ten zuidoosten van Salatiga. Die stad werd na de eerste militaire actie van zomer 1947 het nieuwe hoofdkwartier van de Tijgerbrigade. Zorgvuldig zijn de ‘vijandelijke activiteiten’ in kaart gebracht door soldaat Van Vliet. Die in Nederland vast een grafische opleiding heeft gehad – zo fraai ziet dit er uit.
Er zijn diverse originele doorslagen van wekelijkse rapporten. Ook dat is mooi. Dit soort rapporten wordt bewaard in het Nationaal Archief in Den Haag, maar uitlenen doen ze daar vanzelfsprekend niets. Terwijl bij het filmen dat knisperende papier van zo’n doorslagvelletje toch veel meer historische sensatie geeft. De inhoud van zo’n rapport raakt je dan ook meer. Zoals dit verslag van een patrouille van 16 februari 1949: ‘In vrijwel alle kampongs reageert het B.B. [binnenlands bestuur] anti-Nederlands. De kampong wordt bewaakt door de Pemoeda’s [revolutionaire jongeren] en de nadering van eigen patrouille wordt onmiddellijk gerapporteerd.’ Ga er maar aan staan, kilometers te voet afleggen langs dorpen waar je met groot wantrouwen wordt bekeken. Daar wordt in Soldaat Overzee niet van gerept, daar is de bevolking altijd ‘dankbaar’. Het is propaganda die mij soms verdrietig maakt, zo doortrokken als het is van het koloniale denken.
wat een ""vertrouwde"" beelden .Ze roepen weer treffende beelden op vergelijkbaar met mijn eigen belevenissen.
Alleen de patrouilles na de 2e actie zagen er niet zo
vriendelijk uit als de propagandefotos aangeven. '
Toch goed om e.e.a. te zien en te volgen
Jaap Bragt indieveteraan 2-5-6- R.I.
Geachte Ton van der Meij, Wilt u mij een mailtje sturen met informatie, dan komen we er vast uit:
gerda.jansen.hendriks@ntr.nl
Hoe kan ik mijn bijdrage naar u toesturen??
Gerda wat heb je het weer mooi verwoord. En deze omgeving ken ik zo goed. Ik zat in het kamp in Ambarawa en liep in 1945 naar het station om zo gauw mogelijk daar weg te komen, helaas eindigde we in de Bersiap in Soerabaja. Maar sinds 1992 kom ik elk jaar naar Semarang en Ambarawa en Salatiga .