Men neme: 20 lomboks en 2 eetlepels zout. Aldus het basisrecept voor sambal uit het Groot Indonesisch Kookboek van Beb Vuyk. Deze klassieker is op dit moment bezig aan de 44ste druk. De eerste is van 1973. Wijlen mijn moeder, opgegroeid met aardappelen-groente-vlees, ging er destijds uit koken. Dagenlang stond ze in de keuken voor een uitgebreide rijsttafel bij wat gedenkwaardige familiereünies werden. Die heerlijke bijgerechten! Maiskoekjes, eieren in rode saus, boontjes in kokos. Met de verhuizing naar een verpleeghuis, alweer een tijd terug, is haar exemplaar vol vetvlekken met het oud vuil meegegaan. Jammer, denk ik nu.
Een stap terug. De naam Beb Vuyk duikt op bij recensies die ik lees over Hoe ik Indië terugvond van Johan Fabricius. Zij vindt dit boek niks, zo wordt me duidelijk. Ik ben even in verwarring. Bep Vuyk, dat is toch die schrijfster van dat beroemde kookboek? Jazeker, maar ze is veel meer. Dat leer ik van een proefschrift over haar (zie hier) uit 2004: Een leven in twee vaderlanden. In de jaren na de Tweede Wereldoorlog is Vuyk een fervent pleitbezorgster van de Republiek. Aan haar vader schrijft ze op 1 november 1945, als de plannen van luitenant-gouverneur-generaal Van Mook voor een federaal Indonesië bekend raken: ‘De hele constructie van het Gemenebestplan zit vol juridische trucjes, daar vliegt men hier niet meer in. Wat de Indonesiërs wensen is absolute soevereiniteit.’
In diezelfde brief toont Vuyk een opvallend vooruitziende blik: ‘U kunt zelf beoordelen wat een risico's Nederland loopt door te gaan vechten. Want wanneer het wint na het opofferen van duizenden levens ontstaat hier een Atjehsfeer, de Europeanen in de steden als in een benteng [vesting] en daarbuiten moord en roof. De andere mogelijkheid is dat deze strijd niet uitgevochten wordt maar door internationale interventie beslist, dan maken de Indonesiërs een goede kans om gelijk te krijgen en dan is de positie van Holland een heel andere geworden, dan maken zij een grote kans dat noch voor hun werkkracht noch voor hun kapitaal hier meer plaats is, noch voor hun taal en cultuur.’
Ik zie een mooie scène voor me. Al die Nederlandse dienstplichtige soldaten die na hun aankomst in de archipel voor het eerst van hun leven rijst eten. Hans in Indonesië bij een eetstalletje, mijmerend over cultuurverschillen, het Groot Indonesische Kookboek bij de hand. Hij vertelt dat schrijfster Beb Vuyk haar lezingen over dit boek altijd opende met de constatering dat Nederland een wooncultuur heeft en Indonesië een eetcultuur. Aan de Noordzee gaat het geld naar nieuwe gordijnen, het bankstel, de badkamer; rond de evenaar gaat het naar uitgebreide maaltijden. Beb Vuyk: vanaf de jaren zeventig beroemd door haar kookboek, maar eerder berucht vanwege haar politieke opvattingen. De geheime dienst heeft een dik dossier over haar. Wat maakte haar toen zo gevaarlijk?
In het kort is de levensloop van Beb Vuyk hier te vinden, bij pisangsusu. Op deze website is Pauline Chavannes de Senerpont Domis bezig alle 578 recepten uit het Groot Indonesisch Kookboek te bereiden. Ze is over de helft. Zelf schaf ik een nieuw (tweedehands) exemplaar aan. Dat komt naast het veel recentere Indorock kookboek te staan, van chefkok Vanja van der Leeden. Zij pakt het anders aan, maar Beb Vuyk is niet vergeten. Het eerste recept in Indorock is soto ayam (kippensoep) en wat staat daar: ‘Zelf ben ik opgegroeid met Beb Vuyks’ versie, die mijn moeder altijd maakte op mijn verjaardag.’ Sommige tradities moet je koesteren.
Mooi verhaal, de andere Beb Vuyk! Groeten.
In een volgend blog komt 'Gerucht en geweld' aan de orde. Indrukwekkende verhalen inderdaad.
Terechte aandacht voor de belangrijkste persoon uit de Indo-samenleving van na de oorlog. Niet alleen in de kookwereld, maar vooral in de wereld van de literatuur en de politiek. Het beste en nog nooit geëvenaarde portret van een Indo is haar verhaal "De jager en zijn schietgeweer". uit haar bundel "Gerucht en geweld".
Deze bundel is vele malen belangrijker dan al het geschrijf waarover men vooral in Indische kringen uit den Haag zo enthousiast is.
ikzelf heb Beb Vuyk en haar man nog een bezoek gebracht. Pramono Sutikno, bibliothecaris van het KITLV was bevriend met haar, en aangezien Pram en ik ook vrienden waren..
Ja, Bep was uitgesproken en helder in haar opvattingen; ook Sutan Syahrir behoorde tot haar intimi.