Hoog bezoek

28 juli 2019

De speurtocht naar het leven van de opa van Hans Goedkoop brengt me bij een serie krantenberichten uit het najaar van 1938. Ze doen verslag van het bezoek van een omvangrijke groep Javaanse edelen aan Nederland, ter gelegenheid van het 40-jarige regeringsjubileum van koningin Wilhelmina. Dankzij de onvolprezen website Delpher zijn de gangen van dit illustere gezelschap goed na te gaan.

De Javaanse adel is niet makkelijk te doorgronden. Ik herinner me de eerste keer, lang geleden, dat ik er wat over las en betoverd werd door de klank van een titel: de soesoehoenan van Solo. Bij het doornemen van de kranten van september 1938 duizelt het me opnieuw. Hans zijn opa wordt als adjudant toegevoegd aan een man met de naam Pangeran Ario Soerjoatmodjo. Hij is niet de enige Pangeran die op bezoek is, er zijn er nog veel meer. Pangeran is een titel begrijp ik, zoiets als prins. En deze prins is de vertegenwoordiger van het koninkrijk Pakoe Alam op midden Java, vergelijkbaar met het bekendere sultanaat van Djokja.

Ario Soerjoatmodjo lijkt gesteld op uiterlijk vertoon. De Haagsche Courant meldt op 29 augustus, drie dagen na zijn aankomst, dat de prins de directie van het bekende kledingmagazijn ‘De stad Parijs’ op zijn hotelkamer ontbiedt. Hij wil een nieuw gala-uniform en nog enkele andere kledingstukken bestellen. Op grond van zijn adellijke status is hij majoor bij de generale staf van het KNIL en tevens officier in de orde van Oranje Nassau. Een gala-uniform kan niet ontbreken. Hij draagt het als hij in oktober samen met een aantal andere collega’s de KMA bezoekt, de Koninklijke Militaire Academie. Hans zijn opa heeft die opleiding eerder, in 1919, met goed gevolg afgerond. Maar hij is niet van adel, volgt een ‘gewone’ carrière en heeft tijdens dit adellijke bezoek de rang van kapitein.

Interessant in alle berichtgeving is hoe de vorsten worden omschreven. Het is 1938, de wereld is roerig. Op de fotopagina van het Bataviaasch Nieuwsblad van 3 oktober zien we niet alleen Pangerang Hangabehi op bezoek bij de firma Philips in Eindhoven, maar ook een ontmoeting tussen Chamberlain en Hitler en Engelse troepen in Palestina. In Nederlands-Indië zijn de Indonesische nationalisten niet meer de enigen die verandering willen. Ook een deel van de koloniale elite praat over zelfstandigheid voor de kolonie. De vorsten van Java worden bij hun bezoek aan Nederland in de kranten omschreven als ‘zelfbestuurders’ en zo noemen zij zichzelf ook in toespraken.

Zelfbestuur moet niet al te letterlijk worden opgevat. ‘Onwankelbare Trouw’ kopt de Twentsche Courant boven het verslag van het diner dat de edelen op 14 september krijgen aangeboden in de Ridderzaal. De heren en hun dames zijn hier tenslotte vanwege het regeringsjubileum van Wilhelmina. Zowel minister-president Colijn als de sultan van Deli en de Pangeran van Solo betuigen hun aanhankelijkheid aan de vorstin. De sultan van Langkat legt in Delft een krans op het graf van Willem van Oranje. Nederland en Indonesië horen bij elkaar – nog even.

  1. mooie stukjes om te lezen.

    29 juli 2019 06:28 theo